|
||||||||
|
Marc Bertoumieux (Annemasse, 1960) is een grootmeester op de accordeon, bij de harmonie leerde hij klarinet spelen, later nam hij pianoles en over de techniek van de accordeon, maar hij heeft het grotendeels zichzelf aangeleerd. Aangeland in Parijs werd hij “ontdekt” door de jazzscene, hij speelde met Didier Lockwood en Youn Sun Nah en met het quartet van Dee Dee Bridgewater maakte hij een wereldtournee met 200 concerten ter promotie van haar album “I have two loves”. Maar ook de wereld van het chanson wist hem te vinden, hij trad op met Charles Aznavour, Harry Belafonte, Gilbert Bécaud, Serge Lama, Placido Domingo, Julien Clerc e.v.a. De muziek op dit album kwam eerder uit onder dezelfde titel in 1998, het was zijn eerste album onder eigen naam, samen met Serge Aubry nam hij “Le chateaux des visiteurs” op in 1994, andere albums zijn “Jazz No Jazz vol.1” (2004) met o.a. Claude Nougoro, Didier Lockwood en Stefano Di Battista, “Jazz No Jazz vol.2”(2004) met o.a. David Lynx en Richard Bona, “In Other words”(2011) met o.a. Henri Texier, Giovanni Mirabassi en André Ceccarelli, en “Le Bal des Mondes”(2018) met Pierre Bertrand, Claude Nougaro en Mirabassi. Het concert begint met “Le bal du temple” een stemmig werk waarin het geluid van accordeon, sopraansax, gitaar en piano samenvloeien als een snel vlietende beek. “Amazone” is een vrolijk, zomers klinkend muziekstuk waarin het echt genieten is van het fabuleuze accordeonspel van Marc. Met “Vagues” dromen we weg in een landschap vervult van weemoedige klanken en een uniek samenspel van gitaar en accordeon waardoor het klinkt als een nieuw instrument. Titelnummer “Les Couleurs D’ici” is alweer zo’n wonderschone klankrijke compositie waarin ditmaal accordeon en keyboard een fraaie synthese aangaan, waarna Winsberg zijn gitaar laat schallen als een tweede Santana, fraai. Een bijna plechtstatige pianosolo vormt het intro van “Les eaux bleues” waarna Marc het blauwe water sneller laat stromen met achter zich een stuwende ritme sectie en sterk spel van Guillaume, ditmaal op de sopraansax. “Balakatun” begint als een vrolijk walsje waarin later Lecomte steeldrum geluiden uit zijn keyboard tovert en Marthe haar bas laat ploffen waardoor we ons in West Indië wanen, het saxofoonkwartet duikt pas aan het eind op om met het thema het nummer af te sluiten, leuk. Spaanse gitaarklanken zijn uiteraard te horen in “Sevilla” waarna we in Spaanse sfeer blijven met weemoedig accordeonspel en weerom een knappe gitaarsolo. Afgesloten word er met “Carnavalse” een aanstekelijke wals met een geheel eigen klankkleur door de toevoeging van de Harmonie municipale d’Annemasse, heerlijke muziek waarbij ik voor me zie dat alle toehoorders met elkaar een dansje wagen het is per slot van rekening opgenomen voor de pandemie. 66 minuten heerlijke muziek van deze Franse muziekhelden, dat is genieten ! Jan van Leersum
|